donderdag 31 mei 2012

Death Valley II

Nogmaals geplaatst, maar nu met foto's.

Waren we gisteren nog niet erg onder de indruk van Death Valley, vandaag is dat alleszins goedgemaakt.
Na een kort ritje rijden we Death Valley en daarna Californië in.
Onze eerste stop is bij Harmony Borax Works. Het is een oude zeepfabriek, dus toch weer een beetje ghost town-idee. We lopen er via een korte trail omheen.


Het is pas half 9 en al behoorlijk warm, dat belooft wat.
We rijden eerst naar het Visitor Center waar we onze Annual Pass halen, waarmee we alle National Parks kunnen bezoeken. We komen een bordje tegen dat we ons op 100 feet (ongeveer 30 meter) onder zeeniveau bevinden.
Zabriskie Point is onze volgende stop. Hier moeten we eerst een stukje omhoog lopen om bij het uitzichtspunt te komen. Je hebt er een adembenemend mooi uitzicht op een bijna onaards landschap van badlands, een soort versteende duinen.


De Dante’s View Road is een doodlopende weg die eindigt bij Dante’s View. Tijdens de laatste kilometers gaat de weg via een aantal haarspeldbochten steil omhoog. Auto’s die langer zijn dan 25 feet (de onze is 23) mogen hier niet naar boven.
Hier heb je een spectaculair uitzicht op de bergen en Badwater, het laagste punt van Death Valley en tevens van Amerika.


De temperatuur is hier aanmerkelijk aangenamer dan beneden en we maken een wandeling over Dante’s Ridge.


Dan dalen we weer af naar de hete dodenvallei, waar Death Valley beroemd om is en lopen een stukje de Golden Canyon in. Het is ons veel te warm om de hele trail te lopen. Er staat een windje, dat voelt als een föhn, maar dan op de warmste stand.
Een stuk verder rijden we een rondweg, Artist’s Drive, waar het lijkt dat iedereen zijn overgebleven potten verf er leeggegooid heeft. Wat een mooie kleuren!


Het is ook weer een zeer steil bochtig weggetje tussen de rotsen door, het lijkt wel of we op de kermis in de achtbaan zitten.


Onze laatste stop is bij Badwater Basin. Daar strekt zich een enorme zoutvlakte uit. Op een bord staat aangegeven dat het Badwater Basin zich op 85,5 meter beneden zeeniveau bevindt. Er is daar een aantal vlonders aangelegd, zodat je eenvoudig het gebied in kan lopen. Veel verder komen we danook niet. Het lijkt op een ijsbaan, maar veel koelte straalt het niet uit. In tegendeel, ik heb nog nooit zo’n warme buitentemperatuur meegemaakt. Het lijkt wel of je longen verschroeien als je ademhaalt. Dat moet in de zomermaanden helemaal niet te doen zijn.

We duiken gauw onze koele camper weer in en rijden na een hele poos het park weer uit en Nevada in.
We zoeken eerst de camping op die we uitgezocht hebben en bespreken er een plaats. Een grote camping met goede voorzieningen. De receptioniste denkt dat we op onze plaats geen internetontvangst zullen hebben. Dat is wel zo, maar helaas niet zo'n goede.
Dan gaan we een wandeling maken door de Wall Mart. Dat is beter te doen qua temperatuur.
Terug op de camping blijven we in de koele camper tot na zonsondergang om aan onze picknicktafel te eten.

woensdag 30 mei 2012

Death Valley I

Voor half 8 zijn we al onderweg naar Death Valley. We rijden langs Owens Lake met de Sierra Nevada op de achtergrond en aan onze linkerkant zijn de Inyo Mountains.
Het is een eindeloos onherbergzaam landschap met alleen wat bruin/grijze woestijn begroeiing. Zelfs de kleine cactussen hier en daar leggen er het loodje.
Na een tijdje stoppen we in Keeler. Dat was een ghost town, maar er zijn mensen met campers en caravans tussen de krotjes gaan wonen. Ouwe meuk alom.




We rijden verder en af en toe duiken er wat joshua bomen op, dat moeten taaie rakkers zijn om hier te kunnen overleven.
Een eindje verder rijden we Death Valley National Park binnen en stoppen bij Father Crowyley Point waar je een mooi uitzicht hebt op de vallei.
De weg slingert sterk dalend naar het dal, waardoor een kaarsrechte weg loopt om vervolgens weer de bergen in te gaan.
Je kunt hier eigenlijk niet fout rijden, maar Henk vindt het toch interessant om de Tom Tom te gebruiken. Op een kaarsrechte weg, waar in geen velden of wegen een zijweg te bekennen is raakt oom Tom aardig van de kook en begint te roepen dat we linksaf moeten. En als we dat logischerwijs niet doen, wil hij ons maar laten keren. Nou, die knijpen we maar even zijn strot dicht.

Bij Stovepipe Wells is wat bebouwing en een Visitor Center. We willen daar gelijk onze ‘America the Beautifull pass’ kopen waarmee je alle National Parks in kunt, maar het kantoortje is gesloten. Er is alleen een automaat waar je een enkel kaartje kunt trekken. Nou, dan maar zonder verder. Proberen we het morgen nogmaals in het andere deel van Death Valley.
Niet veel verder liggen de Mesquite Flat Sand Dunes, waar tot 30 meter hoge duinen oprijzen. We stappen er uit om een wandeling te maken, maar het is inmiddels bloody hot. Dus na een duin of twee houden we het voor gezien, het is niet te doen. Hoe onhoudbaar moet dat hier in juli en augustus zijn?


Als we het bordje Mud Canyon passeren merkt Henk op dat hij weleens van een mud aardappelen gehoord heeft, maar een mud canyon…..
Als we Death Valley verlaten, rijden we even later de staat Nevada binnen.
De benzineprijzen zijn hier fors lager dan in Californie. Gisteren betaalden we $4,29 per gallon (bijna 4 liter), terwijl we hier prijzen zien van $3,89. In Dead Valley rijzen de benzineprijzen helemaal de pan uit, daar kwamen we $5,29 tegen. 
Voordat we naar ons campingplekje in Beatty rijden slaan we eerst nog af om (ja, alweer!) een ghost town te bezoeken: Rhyolite. Het begint zo langzaamaan de reis van de ghost towns te worden, maar we vinden het leuk en ik geloof dat we er nu voorlopig geen meer krijgen.



Er staan hier en daar wat bouwvallen en er zijn wat kunstenaars aan het werk geweest om het geheel wat ‘op te leuken’. Een leuk spookstadje met ‘echte’ spoken.

Op de camping zijn we een van de weinige gasten, we hebben bijna de gehele camping voor onszelf.
Morgen bekijken we het tweede deel van Death Valley.

dinsdag 29 mei 2012

Alabama Hills

John, van harte proficiat en nog veel gezonde jaren.

Vanochtend zetten we zelf geen koffie, maar maken gebruik van de service van de camping: van 7.00 tot 9.00 uur koffie en muffins in de lobby en er staan ook nog stukken meloen bij. Als we willen betalen, blijkt het gratis te zijn. En wij hadden nog wel heel brutaal elk twee muffins gepakt! Ze waren vers gebakken en smaakten trouwens heerlijk. Om half 8 gaan we al op weg naar de Alabama Hills, waarover we gisteren informatie hebben gehaald bij het Visitor Center in Lone Pine. We kregen een plattegrondje mee en de nodige tips. Één van de eerste zijwegen (de Movie Road) is onverhard, maar volgens de medewerkster van het VC is hij goed te rijden met een camper. We hotseknotsen dus als eerste dat weggetje over waar we aan het eind een wandeling kunnen maken naar twee arches (stenen bogen).
Het is al behoorlijk warm voor het vroege tijdstip, maar we genieten van de wandeling. Het zijn weliswaar kleine bogen, maar wel fotogeniek.

In de Alabama Hills vind je een opeenstapeling van gladde, ronde rotsen die door water- en winderosie, in combinatie met de schurende werking van zand, gezorgd hebben voor bijzondere vormen. De kartelige hoge pieken van de Sierra Nevada op de achtergrond vormen hiermee een scherp contrast.
Er zijn hier talloze filmscenes opgenomen, met sterren als John Wayne, Humphrey Bogart en, meer recent, Mel Gibson. Als we weer teruggebonkt zijn naar de verharde weg, rijden we eerst de 12 mijl lange Whitney Portal Road. De weg loopt voorbij de Alabama Hillst steil de Sierra Nevada bergketen in. Voor ons hebben we een geweldig zicht op Mount Whitney. Deze 4.418 meter hoge berg behoort tot Sequoia National Park, dat aan de andere kant van de berg ligt. Het park is hier hemelsbreed een paar kilometer vandaan, maar als je het wilt bezoeken moet je honderden kilometers omrijden.
Aan het eind van de weg zijn campings en parkeerplaatsen voor de bergbeklimmers die van hieruit Mount Whitney willen beklimmen.We zijn onderweg een bord tegengekomen dat in dit gebied beren leven en op de parkeerplaatsen staan ook metalen containers waar je je voedsel in moet doen als je je auto hier langere tijd laat staan. Dus de borden hebben we al gezien, nou de beren nog (niet te dichtbij natuurlijk).
Dan gaan we terug naar de Alabama Hills en rijden de Tuttle Creek Road. Een fantastisch slingerweggetje waarbij je dicht tussen de mooie rotsformaties doorrijdt.

De route eindigt weer in Lone Pine, waar we eerst een hapje eten voordat we het leuke stadje doorwandelen. Het is inmiddels bloedjewarm. Terug op de camping nemen we ter verfrissing een duik in het zwembad. Nou ja, verfrissing….. Het water is lauwwarm. Daarna zitten we nog een half uurtje in de jacuzzi. Dat is toch het echte Zwitserleven gevoel. Maar dan weer over tot de orde van de dag: wasje draaien, foto’s downloaden en uitzoeken en verhaaltje maken voor de blog. Henk zorgt inmiddels voor de maaltijd.

maandag 28 mei 2012

Lone Pine

Gisteren en vandaag hadden we behoorlijk warm en stralend zonnig weer Fred. Op het stuk Route 66 dat we zaterdag gereden hebben, werd ons door een Duitse Amerikaan verteld dat het daar sinds november niet meer had geregend.
Eerst gaan we onze slobberbak laven aan het pompstation, dan verlaten we Barstow/Yermo richting westen om na een tijdje in noordelijke richting af te buigen. We rijden door een mooi woestijnlandschap met hier en daar wat nederzettinkjes soms bewoond en soms verlaten en vervallen. Het is vandaag Memorial Day en zijn er veel Amerikanen onderweg.
Eerst gaan we Randsburg bezoeken, een semi ghost town die deels door kunstenaars wordt bewoond.

Ik kom er nog een paar ouwe vrienden tegen…
Hwy 14 voert door het mooie Red Rock Canyon State Park. Vanaf de weg kun je de mooiste rotsformaties zien en we stoppen om een klein wandelingetje te maken.

Het is overal bezaaid met joshua trees en we komen tientallen kilometers geen bebouwing meer tegen.
We volgen de Eastern Sierra Scenic Byway, waarbij we de Sierra Nevada aan onze linkerkant hebben. Owens Lake is een heel groot meer dat in deze tijd van het jaar zelfs nog maar heel weinig water bevat. Het grootste gedeelte is droog en wit.
Lone Pine is een leuk stadje in Western stijl. Hier in de buurt is filmgeschiedenis geschreven. De grootste klassiekers van de westerngeschiedenis en avonturenfilms werden hier in de omgeving opgenomen. We hadden de camping hier niet gereserveerd, maar dat is geen probleem. We staan weer op een subliem plekje met uitzicht op de Alabama Hills met daarachter de Sierra Nevada.
Er zit een bbq bij de uitrusting van de camper. We zijn nog even boodschappen wezen doen in Lone Pine en hebben meteen houtskool gekocht, dus dat wordt straks de fik erin.

zondag 27 mei 2012

Calico Ghost Town

Vanochtend op de camping komt een mevrouw een praatje met Henk maken. Ze begint over Jezus en de kerk en wil Henk naar de ‘preacher’ sturen en wijst waar hij die kan vinden. Ze denkt vast dat hij het nodig heeft, maar Henk is niet te bekeren. Als ze hoort dat hij uit Nederland komt, zegt ze dat ze dat wel kent. Ze heeft al vele malen die mooie film gezien van die zingende familie uit Nederland!!!! Zingende familie in Nederland???? Daar krijgen ze het nog niet voor elkaar om één enkele persoon door de voorrondes van het songfestival te krijgen. Waarschijnlijk bedoelt ze de familie Trapp, maar die kwamen toch uit Oostenrijk? Nou ja, weten ze hier veel. Al vroeg vertrekken we naar Calico Ghost Town. Het is maar een paar mijl vanaf de camping en we zijn er al om 8.15 uur. Officieel is de openingsrijd 9.00 uur, maar we kunnen zo doorrijden en het spookstadje gaan bekijken. Hetgeen dat nog voorhanden was, is gerestaureerd en ingericht voor het toerisme, maar het is wel ooit een echt mijnstadje geweest en je krijgt een indruk hoe het leven er was.
Het is nog heerlijk rustig en we wandelen op ons gemakje door het leuke stadje. We ontmoeten een Nederlands echtpaar die ook met de camper op pad zijn en staan een poosje onze belevenissen uit te wisselen.
We maken een kort ritje met een treintje door het mijnengebied en we zitten er maar met vier personen in. Als we terugkeren, staat half Tokyo op de trein te wachten. Nou, voordat die allemaal geweest zijn… Als we het stadje verlaten, is inmiddels de parkeerplaats aardig volgestroomd, evenals het plaatsje. Dan gaan we op weg naar Barstow dat aan de Route 66 is gelegen. Daar bekijken we aan de buitenkant ‘Casa Del Desierto’, het gerestaureerde historische station van Barstow.
Dan bezoeken we het Route 66 Mother Road Museum dat gevestigd is in het Harvey Building, ook een historisch gebouw. Het is een aardig oud echtpaar dat het museum runt. De dame vraagt of we wel weten dat het museum in het oude Havey House is gevestigd, een oud spoorweg hotel. Als ik aangeef dat ik er wel wat over gelezen heb, krijgen we een waterval aan informatie over ons heen. Ze is bijna niet te stoppen.
Daarna gaan we naar een outlet. We hebben niet veel nodig maken we onszelf wijs, maar na een tijdje komen we toch beladen met tasjes terug in de camper. We nemen op een terrasje nog een cappuccino en ijskoffie en gaan weer richting camping. We zijn al een paar keer langs een plek gekomen waar een heleboel oldtimers staan. We besluiten er eens te stoppen om ze te bekijken. Het blijkt een autosloperij te zijn. Ik vraag aan de baas, een Mexicaan, of ik foto’s mag maken van de oude auto’s, waarop hij antwoordt: Ga je gang. Dus even lekker tussen de autowrakken fotograferen.
Het was eindelijk mooi weer vandaag: zonnig en warm, geen koude wind meer. Voor het eerst kunnen we in luchtige kleding rondlopen. Het was tot nu toe wel zonnig, maar door de koude, harde wind moesten we toch steeds een jasje aan.

zaterdag 26 mei 2012

Route 66

Vanochtend zijn we alweer heel vroeg wakker. Er staat nog steeds die harde wind. Na een poosje computeren, douchen, ontbijten, koffiedrinken, vertrekken we naar onze volgende bestemming. We rijden eerst naar Victorville, dat aan Historic Route 66 ligt. Hier willen we het Route 66 Museum bezoeken. Omdat we rijkelijk vroeg zijn, gaan we eerst wat van de omgeving bekijken. Het museum gaat om 10.00 uur open, maar wij arriveren er om 9.30 uur. De museumbaas komt er net aanrijden. Hij zegt dat de parkeerplaats van het museum eigenlijk aan de andere kant van het gebouw is, maar dat we de camper kunnen laten staan. Hij gaat via achterkant het museum binnen en zegt dat wij naar de voorkant kunnen lopen, dan laat hij ons er vast in. Wat aardig weer! Henk en ik hebben het museum dus het eerste half uur voor ons alleen. Na de bekende vraag: where are you from? Wordt ons gevraagd ons in te schrijven in het bezoekersboek en een speldje te prikken op de landkaart op de plek waar we vandaan komen. Dan lopen we er op ons gemakje rond en we vinden het net een verkleinde versie van het Oude Ambachtenmuseum in Terschuur.
Dan gaat het via de Historic Route 66, door het woestijnlandschap, verder naar Barstow. Onderweg zien we veel spookstadjes en in Oro Grande komt een man naar ons toe voor een praatje. Hij blijkt oorspronkelijk uit Duitsland te komen en als ik zeg dat we dan net zo goed Duits kunnen praten, schakelt hij meteen over op de Duitse taal. Hij spreekt trouwens accentloos Amerikaans, maar Duits met een Amerikaans accent. Hij vertelt ons het één en ander over de plaats. Voordat de snelweg er was, was dit een welvarend plaatsje (de naam zegt het al) maar nu is het bijna een spookstadje. Hij weet verder ook veel over de historie van de bekende weg en vertelt o.a. het in de bocht bij de volgende brug was, dat Sammy Davis jr. zijn oog verloor bij een auto-ongeluk. We gaan maar niet meer zoeken, dat heeft iemand anders na al die tijd vast wel gevonden…
Dan komen we bij de Bottle Ranch. Iets heel wonderlijks: Allemaal ‘bomen’, gemaakt van ijzeren staven, waaraan weer kleinere staafjes zitten met flessen eraan. Bovenop elke ‘boom’ staat een curiositeit. We hebben het al een paar keer op t.v. gezien bij programma’s over Route 66. Als we bij de ingang staan, komt de oude baas die alle kunstwerken heeft gecreëerd naar ons toe voor een praatje. We vertellen hem dat we hem van t.v. kennen, o.a. van het programma van Henry Coleman. Dat herinnert hij zich maar al te goed. We maken een foto van hem en daarna zegt hij dat hij een dutje gaat doen. Leuk dat we hem net nog even ontmoet hebben.
We lopen door de wirwar van glazen bomen en we ontdekken dat er veel (echte) vogeltjes hun toevlucht zoeken. Dan vervolgen we onze weg door de dorre onherbergzame natuur en komen tenslotte in Barstow waar we ons plekje voor de komende twee nachten opzoeken. Met een koffie op het vuistje gaan we lekker in het zonnetje voor ons kasteeltje zitten. We hebben uitzicht op de woestijn met de heuvels in de verte, niet gek. Alleen is het geluid van de snelweg hier goed te horen, maar je kunt niet alles hebben. Wij zijn er tevreden mee.

vrijdag 25 mei 2012

Ophalen camper

Vanochtend heerlijk uitgebreid ontbeten in het hotel restaurant. Daarna met de koffers en andere bagage naar de lobby, want daar worden we om 7.30 uur opgehaald door de camperverhuurder. Als om 7.50 uur nog steeds niemand van Moturis gearriveerd is, loop ik maar eens naar de balimedewerker. Hij verzekert me dat de Moturis auto elk ogenblik kan komen en dan: oh, daar is hij al. Als ik naar buiten kijk, weet ik niet wat ik zie: een zwarte verlengde limousine! Iedereen in de lobby zit te kijken van: wie wordt daar nou mee opgehaald? NOU, WIJ DUS! Van binnen is hij compleet met houten bar aan beide kanten. Zo, hebben we daar ook eens in gezeten.
Niet veel later komen we bij Moturis aan waar de camper al klaar staat. Extra dekens en kussens is geen probleem en na de gebruikelijke formaliteiten kunnen we op weg. We raken in het drukke Los Angeles verkeer en gaan eerst naar de Walmart voor onze boodschappen. Nou, daar zijn we de eerste uren onder de pannen. Na afloop eten we ieder een broodje en gaan op pad naar ons overnachtingsadres. Het is vandaag niet: lekker relaxt rijden in Amerika. Het blijft druk. Later horen we van de campingdame dat het door Memorial Weekend komt. A.s. maandag is het Memorial dag, een vrije dag. Veel Amerikanen gaan dit weekend op pad. We rijden al een stukje route 66.
Het landschap wordt steeds mooier als we de San Gabriël Mountains in rijden. We zien steeds meer joshua trees en als we de Cajun Pass over zijn, komen we niet veel later op de camping aan. Dan krijgen de boodschappen en de inhoud van de koffers een plekje in de camper en ga ik even op pad met de camera om wat joshua trees te fotograferen.

donderdag 24 mei 2012

Aankomst Los Angeles

Hierbij ons eerste berichtje vanaf Amerikaanse bodem. Na een heel kort nachtje worden Henk en ik netjes op tijd opgehaald door de Schipholbus. We zien het onderweg dagen en het blauwe uurtje aan ons voorbijtrekken. Hoewel we rijkelijk vroeg arriveren, kunnen we toch onze koffers al inleveren. Het wordt vandaag een dag van wachten en dat laten we maar gelaten over ons heen komen. Na een tijdje rondhangen op en foto’s maken van de luchthaven, gaan we richting gate waar we na een poosje wachten kunnen instappen. We hebben een plaats op de voorste rij, bij de nooduitgang en een beenruimte van een meter of 2. Tegenover ons is de boordkeuken. Ook alweer keurig op tijd vertrekken we richting Los Angeles. Op de schermpjes zie je allerlei vlieggegevens, waaronder de buitentemperatuur en die ligt tussen de -50 en -75 graden. Volgens mij is de temperatuur aan boord ook niet veel hoger. Ik zit echt te vernikkelen en heb veel plezier van het fleecevest dat ik op de valreep toch nog aangetrokken heb. Ook het verstrekte dekentje doet goed dienst. Je ziet diverse mensen in het vliegtuig zitten met het dekentje om hun schouders. Na een goede vlucht komen we aan in een zonnig Los Angeles. Toch is het er niet al te warm door de frisse wind. Na de gebruikelijke procedure om dit land in te komen (wachten, wachten, wachten, vingerafdrukken, irisscan, vragen beantwoorden) kunnen we onze koffers ophalen (wachten, wachten, wachten). Normaal vind ik het niet zo spannend, maar nadat Jan Buurman, onze buurman, me er gisteravond op attendeerde dat eigenlijk zomaar iedereen die bij die lopende band staat te wachten er met je koffer vandoor kan gaan, ben ik extra blij als de ons bekende koffers er aan komen hobbelen. Buiten is de opstapplaats voor de hotel shuttlebussen gauw gevonden en dan is het weer even wachten. Niet lang in dit geval. Na een kort ritje bereiken we ons hotel. We hebben een prima, zeer ruime kamer. Inmiddels is het 14.00 uur plaatselijke tijd en 23.00 uur Nederlandse tijd. Een mooi tijdstip om even een wandelingetje te gaan maken na die lange zit. We komen bij onze wandeling onder een vrij lang en ongeveer 8 banen breed viaduct door. Het is daar erg smerig, overal troep langs de kant. Dan zie ik bovenaan het talud onder de brug matrassen opgestapeld liggen: de slaapplaats van een dakloze. Ik richt mijn camera erop en plotseling komt de stapel in beweging…. Oei het leeft! Dan zie ik nog meer van deze low budget onderkomens op deze afgrijselijke plek. Nog even op het terrasje van ons hotel met een ijskoffie en dan lopen we het hotelrestaurant in, dat blijkt nog niet open te zijn. Maar de aanwezige ober nodigt ons uit om toch vooral het restaurant te komen bekijken. Hij laat me de menukaart zien, wijst me op de gerechten, maar houdt hierbij de kaart op de kop. Even later laat hij me nog een kaart met kleinere lunchgerechten zien, maar dat blijkt precies zo’n zelfde menukaart te zijn. Het heeft er veel van weg dat deze, wel zeer aardige, meneer zelf niet kan lezen wat er staat. Vandaag ontbreken helaas de foto’s bij mijn verhaaltje, want ik ben de cardreader vergeten…… Ik kan dus mijn foto’s niet naar de computer downloaden. Balen! Gelijk bovenaan ons boodschappenlijstje voor morgen gezet.